direct naar inhoud van 3.3 Gemeentelijk beleid
Plan: Kromstraat 2013
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0861.071200KROMSTRAAT-0103

3.3 Gemeentelijk beleid

Ruimtelijke Structuurvisie Veldhoven; Durven kiezen voor kwaliteit (2009)

In de Ruimtelijke Structuurvisie Veldhoven (vastgesteld op 3 juni 2009) heeft de gemeente de basis gelegd voor de ruimtelijke toekomst van Veldhoven. In de structuurvisie is onder anderen opgenomen hoe de kwaliteit van de bestaande gebieden kan worden verbeterd. Hierbij is gekeken naar de ontwikkelingen die zich op korte en op de lange termijn zullen voordoen.

Van oudsher worden de dorpen gekenmerkt door een sterke mate van functiemenging, met detailhandel, overige voorzieningen en bedrijven. Met uitzondering van de Kromstraat in Veldhoven-Dorp is er een tendens waarneembaar dat deze functies geleidelijk plaats maken voor woonbebouwing. Veel bedrijvigheid trekt weg uit de kernen als gevolg van het afnemen van draagvlak voor kleinschalige bedrijvigheid in combinatie met de aangescherpte milieueisen. Dit heeft invloed op de leefbaarheid en sociale cohesie in de voormalige kerkdorpen.

Het is belangrijk dat de kernen een eigen hart behouden en dat deze waar nodig worden versterkt. Het is van belang dat duidelijkheid bestaat over de rol en betekenis van de afzonderlijk voormalige dorpen binnen Veldhoven. Zo heeft de Kromstraat binnen Veldhoven-Dorp zich positief ontwikkeld en geprofileerd als winkelstraat. Het heeft een bovenwijkse aantrekkingskracht met aanvullende kwaliteiten, zoals de dorpse uitstraling.

De ambities voor de toekomst met betrekking tot de dorpse structuur van Veldhoven zijn:

  • het behoud van het aantrekkelijke en relatief kleinschalige karakter en de cultuurhistorische waarden;
  • verbeteren van de leefbaarheid en sociale cohesie in de kernen;
  • het sterker profileren van de verschillende oorspronkelijke dorpen (positiebepaling).

Woonvisie Veldhoven 2010-2014

In de Woonvisie Veldhoven 20120-2014 'meer dan wonen alleen' zet de gemeente haar ambities op het gebied van wonen voor de komende jaren uiteen. Het startpunt is positief: de inwoners van Veldhoven zijn tevreden over woning en woonomgeving. Daar is Veldhoven trots op. De gemeente wil de kwaliteit van de woon- en leefomgeving behouden en waar nodig versterken. Kort samengevat is de boodschap van de Woonvisie 'van kwantiteit naar kwaliteit'.

Voor het voorliggend bestemmingsplan biedt de Woonvisie geen specifieke beleidskaders. Het bestemmingsplan voorziet in een actualisatie van de vigerende bestemmingsregeling.

Parapluplan (2009)

De gemeente Veldhoven is al jaren actief met het actualiserings- c.q. standaardiseringproces van alle bestemmingsplannen binnen de gemeente.

Gedurende dit actualiseringproces is in 2009 gebleken dat voor een aantal nieuwe beleidsonderwerpen aanpassing van de geactualiseerde plannen alsmede de oudere vigerende plannen noodzakelijk is. Het betreft de beleidsnota archeologie en bijbehorende beleidskaart alsmede het beleid van de gemeente ten aanzien van prostitutie, kleinschalige windenergievoorzieningen, externe veiligheid en standplaatsen. Tevens is, na een aantal jaren effectief gebruik, aanpassing van de in de geactualiseerde bestemmingsplannen opgenomen uniforme regeling voor andere gebouwen noodzakelijk. Middels het parapluplan is een aantal beleidsaspecten direct vertaald naar een meer actuele bestemmingsregeling, geldend voor de gehele kern van Veldhoven.

Voor het bestemmingsplan Kromstraat 2013 zijn de paraplu-regels ten aanzien van archeologie, het prostitutiebeleid, kleinschalige windenergievoorzieningen, externe veiligheid, ontheffing standplaatsen en de algemene regels van belang.

  • Ten aanzien van archeologie zijn de beleidsuitgangspunten in regels en toelichting verwoord.
  • Het prostitutiebeleid is in regels uiteengezet. Dit betekent dat geen prostitutie is toegestaan.
  • kleinschalige windenergievoorzieningen zijn na afwijking toegestaan. Hiermee wordt een duurzamere samenleving nagestreefd.
  • externe veiligheid is verwoord in toelichting. in de regels is aandacht voor het beperken van gevaar.
  • Binnen het plangebied (zie uitsnede figuur 3.1) zijn enkele standplaatsen aanwezig. In het bestemmingsplan worden deze standplaatsen gerespecteerd en zijn deze van een toegesneden regeling voorzien

afbeelding "i_NL.IMRO.0861.071200KROMSTRAAT-0103_0002.png"

Detailhandelsstructuurvisie (2008)

Met behulp van de detailhandelsstructuurvisie beoogt de gemeente Veldhoven een heldere en uitvoeringsgerichte visie op de gewenste winkelstructuur tot 2015 te geven. Tevens is een doorkijk gegeven naar 2030 in verband met de ontwikkelingen die voortvloeien uit de woningbouwplanning, het Bestuurlijk Overleg Randgemeenten, de Stadsvisie, het Regionale Structuurplan en de plannen bij buurgemeenten. De visie geeft per winkelgebied de gewenste ontwikkelrichting weer.

Winkelcentrum Kromstraat kan in de toekomst een functie vervullen als buurtwinkelcentrum voor inwoners uit Veldhoven-Dorp. Door de ontwikkeling van winkelcentrum Mira op korte afstand van de Kromstraat (met deels overlappende verzorgingsgebieden), zal de toevloeiing voor dagelijkse boodschappen vanuit andere wijken (onder meer Zonderwijk) beperkt zijn. Uitbreiding van de supermarkt in de Kromstraat tot circa 1.500 m2 wvo is noodzakelijk om de positie als buurtwinkelcentrum te kunnen behouden. Tevens is het van belang de relatie tussen winkels en parkeren te verbeteren (parkeren zo dicht mogelijk bij de winkels). Door de versterking van het City Centrum (met extra mogelijkheden voor recreatief winkelaanbod) zal het City Centrum aantrekkelijker worden voor winkels in recreatieve branches. Dit leidt op termijn naar verwachting tot een afname van de variatie in het recreatieve aanbod aan de Kromstraat. Dit betekent dat Kromstraat geleidelijk een ander type invulling zal krijgen. Door het opstellen van een plan van aanpak kan de gemeente mogelijk enige sturing geven aan de gewenste toekomstige invulling. Om ervoor te zorgen dat de winkels en andere commerciële functies in een compact gebied gevestigd blijven, is het gewenst verdere uitbreiding van het winkelgebied te beperken.

Nota Economische beleid 2007-2015 (2007)

De sector detailhandel is voor de gemeente van groot belang vanwege de omvang van de werkgelegenheid, de mogelijkheden die de sector biedt voor lager opgeleiden en de bijdrage ervan aan het woonklimaat van de gemeente.

Welstandsnota (2008)

Elke gemeente heeft de keuze om op het gebied van bouwen en wonen welstandstoezicht te voeren. Het welstandstoezicht is een manier om de kwaliteit van de bebouwde leefomgeving te waarborgen. De gemeente Veldhoven hanteert daarbij als uitgangspunt: "alleen zaken regelen die noodzakelijk zijn". In dit kader is door de gemeente een welstandsnota opgesteld met objectieve en voor de burger inzichtelijke

welstandscriteria. Aan de hand van deze criteria toetsen gemeente en welstandscommissie de bouwvergunningen De welstandsnota Veldhoven bevat een samenhangend stelsel van criteria;

  • Welstandsvrije gebieden;
  • Welstandsvrije zones bij woningen;
  • Welstandsplichtige zones bij woningen;
  • Excessenreling;
  • Algemene en gebiedsgerichte welstandscriteria.

De criteria in de welstandsnota zijn onder andere geformuleerd vanuit een visie op de toekomst van het gebied en vanuit een beeld van de aanwezige waarden. Aspecten die aan de orde kunnen komen betreffen zowel niet-ruimtelijk relevante aspecten zoals kleur en materiaalgebruik, als ruimtelijk relevante aspecten zoals hoogte, omvang en situering van de gebouwen. Er is dus een nauwe relatie met het bestemmingsplan. De ruimtelijk relevante aspecten worden –wanneer wenselijk en noodzakelijk- vertaald in de (bouw)regels van het bestemmingsplan. Voor niet-ruimtelijk relevante aspecten is deze vertaling niet mogelijk. Welstand kan kwalitatieve eisen, bijvoorbeeld het materiaalgebruik ten opzichte van de naastgelegen woning, aan een gebouw stellen terwijl het bestemmingsplan alleen kwantitatieve eisen stelt, bijvoorbeeld maximale nok- en goothoogte. Het welstandsbeleid en bestemmingsplan liggen dus in elkaars verlengde en vullen elkaar aan.

Een bouwaanvraag wordt zowel getoetst aan redelijke eisen van welstand als aan de bouwregels zoals opgenomen in het bestemmingsplan. Wanneer er sprake is van een verschil tussen hetgeen in een bestemmingsplan geregeld is, bijvoorbeeld ten aanzien van de bouwhoogte, en in de welstandsnota hierover opgenomen is, dan blijven bij toetsing van een bouwaanvraag de welstandscriteria buiten toepassing. Het bestemmingsplan heeft hier formeel juridisch ‘het laatste woord’. Het is dus van belang om de inhoud van een bestemmingsplan en de inhoud van een welstandsnota op elkaar af te stemmen. In onderhavig bestemmingsplan is rekening gehouden met de gemeentelijke welstandsnota.

Veldhoven-Dorp is een van de vier historische kernen binnen de bebouwde kom van Veldhoven, die zich op basis van bestaande landschappelijke structuren in de loop van de tijd hebben ontwikkeld. Kenmerkend is de informele ordening met een slingerend verloop van wegen en perceelsgrenzen en een individuele pandsgewijze bebouwing die zich oriënteert op de straat. In de loop van de tijd is Veldhoven-Dorp verdicht en maakten de overwegend agrarische functies plaats voor woningen, voorzieningen en bedrijfsgebouwen. Er is sprake van een diversiteit aan bebouwing, zowel in typologische zin als in de architectonische vormgeving. De historische kernen worden gekenmerkt door individuele (pandsgewijze) invulling.

In de welstandsnota wordt onderscheid gemaakt tussen algemene welstandscriteria en gebiedsgerichte criteria. De gebiedsgerichte welstandscriteria vormen een aanvulling op de algemene welstandscriteria en benoemen specifieke lokale kwaliteiten die van belang zijn bij de welstandstoets van bouwplannen. In de historische kernen, waaronder Veldhoven-Dorp, zijn de volgende gebiedsgerichte criteria van belang:

Omgevingsbeeld:

  • functioneel gemengd gebied met naast wonen diverse voorzieningen en voormalige bedrijfsbebouwing;
  • slingerend verloop van straten en perceelsgrenzen geven, samen met een verspringende rooilijn, een informeel beeld met visueel besloten ruimtes;
  • de dorpskern wordt gevormd door een 'brink';
  • doorgaand karakter van straten, continuïteit in routes;
  • percelen zijn veelal over de volledige breedte bebouwd, waardoor een gesloten straatwand ontstaat;
  • de pandsgewijze bebouwing is georiënteerd op de straat en grenst hier direct aan, waardoor een directe overgang bestaat tussen het openbare en het privé-gebied.

Bebouwingsbeeld:

  • samenhang in straatbeeld door overwegend historische bebouwing en eenheid in de afwisseling van pandsgewijze invulling;
  • diversiteit aan gebouwentypen, vooral uit het eind van de 19de en begin van de 20ste eeuw: historische woningen, landarbeidershuisjes en bedrijfsgebouwen nu met onder meer horeca en winkels;
  • latere (meer grootschalige) invullingen: geschakelde gezinswoningen, appartementgebouwen met winkels uit het laatste kwart van de 20ste eeuw en instellingen;
  • afwisselend straatbeeld door individueel vormgegeven panden, verschillen in bouwstijl en functie;
  • eenvoudige hoofdmassa en bouwhoogte van een tot twee lagen met kap, appartementen gebouwen aan elkaar van drie lagen;
  • verschillende kapvormen, veel zadeldaken met de nok parallel aan de straat, ook wolfseind, samengestelde kappen en mansardedaken;
  • duidelijke gevelbeëindiging en opbouw met plint, midden en top;
  • verticale geleding van de gevel met grote staande ramen;
  • verfijnde, ambachtelijke detaillering;
  • vooral donkere, rode baksteen, natuursteen accenten en stucwerk;
  • keramische pannen of leien;
  • overwegend witte of lichte kozijnen en accenten.