direct naar inhoud van Artikel 7 Maatschappelijk
Plan: Zandoerle en Heers-Westervelden
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0861.041200heerszoerle-0303

Artikel 7 Maatschappelijk

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. maatschappelijke voorzieningen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - gildeterrein', uitsluitend voor een gildeterrein;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - kapel', uitsluitend voor een kapel;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'groen', uitsluitend voor de aanleg en het behoud van afschermend groen ten behoeve van het gildeterrein;

en tevens voor:

  • e. ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' ten behoeve van behoud, beheer, en herstel van de aanwezige cultuurhistorische en monumentale waarden van het monument;

met daaraan ondergeschikt voor:

  • f. parkeervoorzieningen;
  • g. groenvoorzieningen;
  • h. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • i. evenementen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - gildeterrein.
7.2 Bouwregels
7.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. de gebouwen dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' mogen de met die aanduiding aangegeven goot- en bouwhoogte niet worden overschreden.
7.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels :

  • a. voor erfafscheidingen geldt:
    • 1. voorzover niet gericht naar het openbaar toegankelijk gebied, zijn dichte erfafscheidingen tot een hoogte van niet meer dan 2 meter toegestaan;
    • 2. voorzover gericht naar het openbaar toegankelijk gebied, zijn open erfafscheidingen tot een hoogte van 2 meter toegestaan;
  • b. de bouwhoogte van vlaggenmasten bedraagt ten hoogste 9 meter;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 3 meter, met dien verstande dat de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - gildeterrein' ten hoogste 16 m bedraagt.
7.3 Afwijken van de bouwregels
7.3.1 Afwijking oppervlakte gebouwen en bouwhoogte bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  • a. artikel 7.2.2, sub c en toestaan dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wordt verhoogd tot niet meer dan 5 meter;

met inachtneming van de volgende regels:

  • 1. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken worden niet onevenredig aangetast;
  • 2. de architectonische en/of cultuurhistorische waarden in de omgeving worden niet onevenredig aangetast;
  • 3. er bestaan geen bezwaren vanuit een verantwoorde stedenbouwkundige inrichting en vormgeving.
7.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend:

  • a. het gebruik van de maatschappelijke voorzieningen voor bewoning;
  • b. het gebruik van gronden en bouwwerken voor bedrijfsdoeleinden, anders dan ten behoeve van maatschappelijke doeleinden.
7.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
7.5.1 Verbod

Op of in de gronden met de bestemming 'Maatschappelijk' is ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - gildeterrein', het kappen van bomen met een diameter groter dan 30 centimeter zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning verboden.

7.5.2 Uitzondering op verbod

Het verbod als bedoeld in artikel 7.5.1 is niet van toepassing op werken en/of werkzaamheden die:

  • a. betrekking hebben op normaal onderhoud en beheer;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan;
  • c. mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning.
7.5.3 Toelaatbaarheid

De in artikel 7.5.1 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend,

als deskundigen hebben aangetoond dat de boom risico op schade of ongelukken veroorzaakt ofwel aantoonbaar onevenredige hinder oplevert voor de omgeving.

7.6 Wijzigingsbevoegdheid
7.6.1 Wijziging bouwvlak

Het bevoegd gezag kan het bestemmingsplan wijzigen in die zin dat de grootte van een op de verbeelding opgenomen bouwvlak wordt vergroot, de vorm van het bouwvlak wordt gewijzigd dan wel ter plaatse een nieuw bouwvlak wordt aangegeven, met in achtneming van de volgende regels:

  • a. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en de belangen van derden mogen niet onevenredig worden geschaad;
  • b. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de in de omgeving aanwezige architectonische en/of cultuurhistorische waarden;
  • c. er bestaan geen bezwaren vanuit een verantwoorde stedenbouwkundige inrichting en vormgeving;
  • d. er mag geen onevenredige afbreuk worden gedaan aan de verkeersveiligheid;
  • e. het woon- en leefklimaat mogen niet onevenredig worden aangetast.
7.6.2 Wijzigen functie

Het bevoegd gezag kan het bestemmingsplan wijzigen in die zin dat een andere functie in de vorm van zakelijke dienstverlening of kantoren, of een andere maatschappelijke functie wordt toegestaan, met in achtneming van de volgende regels:

  • a. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en de belangen van derden mogen niet onevenredig worden geschaad;
  • b. er mag geen onevenredige afbreuk worden gedaan aan de verkeersveiligheid;
  • c. de parkeerdruk wordt niet onevenredig vergroot;
  • d. het woon- en leefklimaat mogen niet onevenredig worden aangetast.